Vakantie met autisme

Gepubliceerd op 30 juni 2025 om 19:55

Hoe maak je het zo fijn mogelijk voor jezelf, partner en kinderen?

Vakantie is voor veel mensen een moment van ontspanning, nieuwe ervaringen en quality time met het gezin. Maar als jijzelf, je partner of je kind autisme heeft, kan vakantie ook een bron van spanning zijn. Verandering van omgeving, nieuwe prikkels en het ontbreken van vaste routines kunnen soms zorgen voor stress en overprikkeling. Hoe zorg je dat je vakantie wél ontspannen en fijn verloopt? In deze blog deel ik tips en inzichten voor vakantie met autisme, voor alle betrokkenen.


1. Begrijp wat autisme betekent voor vakantie

Autisme uit zich bij iedereen anders, maar veel mensen met autisme hebben behoefte aan:

  • Structuur en voorspelbaarheid

  • Rust en overzicht

  • Duidelijke communicatie

  • Beperking van overprikkeling

Vakantie betekent vaak juist verandering, nieuwe indrukken en onverwachte situaties. Dit kan spanning opleveren, maar met goede voorbereiding en begrip kun je het verschil maken.


2. Voor jezelf: zorg voor voldoende rust en houvast

Of je nu zelf autisme hebt of gevoelig bent voor prikkels:

  • Plan je dag zo dat je genoeg rustige momenten hebt.

  • Neem eventueel eigen rustmomenten of -plekken, ook als je met anderen op vakantie bent.

  • Wees eerlijk over wat je aankunt en bespreek dit met je partner of reisgenoten.

  • Maak vooraf een checklist van wat jou helpt ontspannen: muziek, een favoriete activiteit, een vertrouwde snack, etc.


3. Voor je partner: communicatie en begrip

Heb jij een partner met autisme of ben jij de partner van iemand met autisme? Dan is goede communicatie cruciaal:

  • Bespreek samen verwachtingen en wensen over de vakantie.

  • Spreek af wat helpt als het even te druk of te spannend wordt.

  • Geef ruimte aan elkaars behoeften, ook als die verschillen.

  • Zorg voor een veilige manier om aan te geven als iets te veel wordt. Bijvoorbeeld een afgesproken teken of codewoord.


4. Voor kinderen met autisme: structuur en voorbereiding

Kinderen met autisme kunnen veel baat hebben bij:

  • Een visueel dagprogramma: Bijvoorbeeld een schema met pictogrammen over wat er die dag gaat gebeuren.

  • Vooraf kennis maken met de plek: Foto’s van de vakantiebestemming, route bekijken, eventueel een filmpje of virtuele rondleiding.

  • Vaste routines waar mogelijk: Bijvoorbeeld vaste bedtijden, eetmomenten en rustpauzes.

  • Eigen spullen meenemen: Zoals een knuffel, sensorische hulpmiddelen of favoriete speelgoed.


5. Omgaan met prikkels en onverwachte situaties

Vakantie kan onverwachte prikkels en situaties met zich meebrengen, zoals drukke markten, nieuwe mensen of ander voedsel. Bereid je hierop voor door:

  • Eerder genoemde schema’s te gebruiken.

  • Mogelijkheden te hebben om even terug te trekken.

  • Alternatieve plannen klaar te hebben, bijvoorbeeld een rustigere activiteit.

  • Te zorgen voor voldoende voeding en water om prikkels beter te kunnen verwerken.


6. Kies een vakantievorm die past

Niet elke vakantievorm past bij autisme. Overweeg bijvoorbeeld:

  • Een vakantiehuisje of camping met eigen plek en rustige omgeving.

  • Niet te veel wisselen van locatie.

  • Vakantie in het laagseizoen om drukte te vermijden.

  • Bekende bestemmingen of plekken waar je eerder bent geweest.


7. Betrek je kinderen (en partner) bij de voorbereiding

Door kinderen en je partner actief te betrekken bij de voorbereiding, voelen ze zich gehoord en krijg je een betere inschatting van wat werkt:

  • Laat ze meezoeken naar activiteiten en plekken.

  • Maak samen een checklist van wat mee moet.

  • Bespreek wat je gaat doen als het te spannend wordt.


8. Zorg voor flexibiliteit en mildheid

Vakantie met autisme is zelden helemaal volgens plan. Houd rekening met:

  • Dat soms dingen anders lopen dan verwacht.

  • Dat er frustratie of teleurstelling mag zijn.

  • Dat het oké is om plannen aan te passen of rust te pakken.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.